Er zijn natuurlijk ontzettend veel verschillende soorten tv’s. Ze worden onderverdeeld in kwaliteitsniveau of grootte. Als je kijkt naar het scherm, en het hierop gaat verdelen, dan heb je de volgende mogelijkheden:

LCD tv – LCD was jarenlang de standaard televisie, samen met  de plasmaschermen, die bijna niet meer bestaan. LCD-tv’s zijn vaak relatief goedkoop, en ook wat kleiner dan bijvoorbeeld OLED of LED tv’s. Pure LCD-tv’s zonder LEDs worden weinig meer verkocht.

LED tv – Een LED-tv gebruikt LED-lampjes als lichtbron, maar bij sommige merken betekent het niets meer dan een LCD-tv met backlight. LED-tv’s zijn goedkoper dan OLED of QLED, en vooral de 32 inch-versies worden tegenwoordig veel vaker verkocht.

OLED tv – OLED is een uitvinding van LG. Ook andere bedrijven gebruiken OLED in hun televisies, maar alleen LG bouwt de schermen. OLED wordt tegenwoordig ook veel gebruikt in de allernieuwste smartphones. Het grote voordeel van OLED ten opzichte van LED is het hoge contrast en de diepe zwartweergaven omdat de LEDjes simpel gezegd uitgezet kunnen worden. OLED tv’s zijn vaak groter vanwege de goede kwaliteit. 

QLED tv – QLED-schermen worden gemaakt door Samsung. Het zijn eigenlijk led-tv’s, dus met backlight, maar dan om combinatie met de quantum dot-technologie. Daardoor worden kleuren beter te zien en zien ze er volledig natuurgetrouw uit. Ook is de helderheid heel erg hoog.

3D tv – Een paar jaar geleden waren 3D-televisies ontzettend populair. Tegenwoordig is dat een stuk minder, mede door de komst van VR-brillen en uitgebreide 3D-schermen in bioscopen. 3D-tv’s worden nauwelijks nog verkocht.